Suzuki's eerste superbike
Eerder in deze reeks kon u al lezen hoe eind jaren '60 de wereld met verstomming werd geslagen door lancering van de Honda CB 750. Terwijl
de CB 750 wereldwijd furore maakte werkte men bij Suzuki in Hamamatsu volop aan een tegenstrever voor deze machine. Omdat Suzuki nu eenmaal een tweetaktmerk was koos men om ook voor hun 'superbike' deze route in te slagen.

nog niet. En dus kreeg de GT 750 in Groot-Brittannië de bijnaam 'waterketel'. Ondanks de aanwezigheid
van slechts drie cilinders had de GT 750 wel vier uitlaten. Suzuki opteerde dus duidelijk voor een visueel evenwicht.
Het tweetaktblok van de GT 750 had een maximaal vermogen van
67 pk aan 6.500 opm. Dat vermogen naar het achterwiel overbrengen ging via een vijfbak. De secundaire transmissie gebeurde via een ketting, die ook voorzien was van een soort van kettingkast. Qua topsnelheid moest de GT 750 het wel afleggen tegen de CB 750 en later tegen
de Kawasaki Z1. De driecilinder haalde zo'n 175 km/u.
Een erg lang leven bleek de Suzuki GT 750 niet gegund. Niet omdat de machine niet populair was, wel vanwege de ( toen al) strenger wordende emissienormen die vanaf midden jaren '70 dikke tweetaktblokken buitenspel
zetten. Vanwege z'n relatief zeldzame krachtbron is de Suzuki GT 750 een interessante aanwinst voor een verzameling. In Europa was de GT 750 tussen 1972 en 1977 op de markt. Werden de GT 750's van de eerste generatie nog in vaak exuberante two-tone kleurenstellingen verkocht, dan ogen latere exemplaren
wat meer ingetogen.